|
|
 |
| Titel |
Uitgangspunten cultuurbeleid |
| Auteur |
H. Zijlstra |
| Plaats van uitgave |
Den Haag |
| Uitgever |
Ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschap |
| Jaar van uitgave |
2010
|
| Annotatie |
5 p.
|
|
| Trefwoorden |
kunstbeleid, cultuurbeleid, beleidslegitimering, cultuur, kunst, bezuinigingen, cultuurnotaprocedure, cultuurnota 2013-2016, beleidsnota's (vorm), Nederland |
  |
Samenvatting
Het binnenhalen van voldoende publiek en het verwerven van genoeg eigen inkomsten worden de leidende criteria in het cultuurbeleid van staatssecretaris Halbe Zijlstra. Om de bezuinigingen oplopend tot 200 miljoen in 2014 mogelijk te maken wordt het cultuursubsidiestelsel opnieuw herijkt waarbij het onderscheid tussen langjarige- en vierjarige subsidies komt te vervallen. Omdat hiervoor een wetswijziging nodig is wordt voorgesteld om de huidige subsidieperiode met een jaar te verlengen tot eind 2013. Ook worden de cultuurfondsen bezuinigingen in het vooruitzicht gesteld die in plaats van te subsidiëren meer moeten gaan investeren d.m.v. bijvoorbeeld laagrentende leningen. De bezuinigingen in 2012 (50 miljoen) en 2013 (100 miljoen) worden ingevuld door ondermeer een algemene efficiencykorting op alle posten en subsidies binnen de cultuurbegroting van 5% in 2013. De Cultuurkaart wordt met ingang van 2012 geschrapt. |
|
|
|
|