|
|
|
Titel |
Van hoge naar nieuwe kunst |
Auteur |
H. Abbing |
Plaats van uitgave |
Groningen |
Uitgever |
Historische uitgeverij |
Jaar van uitgave |
2009
|
ISBN |
978-90-6554-032-4
|
Annotatie |
142 p. ; 21 cm. - Literatuuropgave: p. 138-142
|
|
Trefwoorden |
kunst, elitecultuur, populaire cultuur, beleving, beoordeling, publiek, cultuurdeelname, voorstellingen, klassieke muziek, popmuziek, muzieksociologie, analyse |
|
Samenvatting Waarom neemt het aantal bezoekers aan concerten met klassieke muziek af en waarom vergrijst dit publiek? Abbing zoekt het antwoord in een vergelijking met popconcerten en maakt gebruik van sociaalwetenschappelijke verklaringen. De belangrijkste oorzaak houdt verband met de strakke sfeer tijdens klassieke muziekuitvoeringen, het gebrek aan interactie. Met behulp van informaliseringstheorie verkondigt de auteur het einde van hoge kunst en luidt hij het tijdperk in van de nieuwe kunst, waarbij de toeschouwer emoties beheerst toont. 'Van hoge naar nieuwe kunst' is ook de titel van zijn oratie, gehouden op 17 maart 2006 in het kader van de benoeming per 1 september 2005 tot bijzonder hoogleraar kunstsociologie bij de Universiteit van Amsterdam (Boekman leerstoel). Reactie op zijn boek door W.Mooij in NRC Handelsblad van 5-2-2009. Zij pleit juist voor rust en concentratie in de concertzaal, in Liever 'oase van concentratie' dan avondje uit'.
Besprekingen verschenen in het NRC Handelsblad 2-2-2009 en 6-2-2009. Bespreking door R. de Beer in de Volkskrant 16-2-2009; door A. Heumakers in NRC Handelsblad, 20-2-2009; door W. de Nooy in Boekman.21(2009)79(.110-111); door D. Schönau in: Kunstzone.8(2009)12(dec.7-9) |
|
|
|
|
|